SCHADELASTBEPERKING
‘Low Impact-onderzoek bij lichte aanrijdingen is vaak zinvol’
Het is een marktontwikkeling die door verschillende verzekeraars wordt gesignaleerd: er lijken steeds meer lestelschadedossiers opgestart te worden met hoge claims na een ogenschijnlijke lichte kop-staart-aanrijding. De daaraan gekoppelde stijgende schadelast baart verzekeraars zorgen. Dankzij een nauwe samenwerking tussen CED Mobility en CED Forensic kan CED met een Low Impact-onderzoek deze schadelast helpen beperken.
‘Iedere verzekeraar en schadebehandelaar kent de verhalen. Een lichte aanrijding met nauwelijks schade, maar de gemelde fysieke klachten zijn extreem en de daaraan gekoppelde claim ‘torenhoog’’, zegt Rob Pamboer, operationeel directeur CED Forensic. ‘Met ons Low Impact-onderzoek kunnen we objectief vaststellen of de impact van de schade, de fysieke klachten en de claim in verhouding tot elkaar staan.’
Drie-fasen-onderzoek
Het Low Impact-onderzoek van CED verloopt in 3 fasen. Eerst doet de Mobilty-expert een uitgebreide schade-expertise, uitgebreider dan bij een ongeval zonder letsel (zie kader). Het liefst bekijkt hij beide voertuigen die bij de aanrijding betrokken zijn, zodat er een goed schadebeeld ontstaat. Als hij op basis van de schades constateert dat een vervolgonderzoek zinvol is, kan een toedrachtsanalist/tactisch onderzoeker van CED Forensic het overnemen. Deze doet (fase 2) een toedrachtsanalyse. Met bijvoorbeeld een EDR-onderzoek (Event Data Recorder) waarbij data van de voertuigen kan worden uitgelezen. Of een Delta-V onderzoek, naar de impact en snelheid van de voertuigen tijdens de aanrijding. In een derde fase gaat deze onderzoeker van CED Forensic het gesprek aan met het slachtoffer over de fysieke klachten in relatie tot de uitkomst van beide onderzoeken. ‘Het is van belang dat alle drie de fasen van dit Low Impact-onderzoek doorlopen worden,’ benadrukt Jan Hartman, Teammanager Mobility bij CED. ‘Alleen het rapport van de Mobility-expert is vaak niet voldoende. Dat houdt geen stand voor de rechter, mocht een claim tot een procedure komen. De rapportages van een toedrachtsonderzoeker van CED Forensic doen dat wel.’
‘Bij een snelheid van minder dan 10 kilometer kun je rustig stellen dat ernstig fysiek letsel eigenlijk niet logisch is. De kracht die daarbij vrijkomt, is namelijk te vergelijken met niezen of hoesten. De impact van een ritje in botsautootjes is groter.’
Rob Pamboer
De juiste zaken boven water krijgen
‘Omdat met een Low Impact-onderzoek toch kosten zijn gemoeid, is het belangrijk dat de zaken die ertoe doen boven water gehaald worden,’ stelt Pamboer. ‘De zaken waarbij de impact laag, de klachten extreem en de claim torenhoog is. Verzekeraars met een eigen letselafdeling moeten hiervoor de signalen leren onderkennen. Ook een Mobility-expert of een schadebehandelaar moet een aanleiding zien om een Low Impact-onderzoek te willen opstarten. Maar een schadebehandelaar die de materiële schade afhandelt, weet vaak niet of er ook letsel is. Dus voor hem gelden weer andere indicatoren.’
Zo verloopt Low Impact-onderzoek van Mobility-expert
Jan Hartman, Teammanager Mobility bij CED, legt uit hoe een schade-expertise in een Low Impact-onderzoek verloopt. ‘De Mobility-expert maakt bij een autohersteller de afspraak om beide auto’s die bij de aanrijding betrokken zijn te bekijken. Daarbij worden bijvoorbeeld de bumpers gedemonteerd om aan de achterliggende carrosserie de schade te beoordelen. Gedetailleerd stellen we alle aanwezige beschadigingen aan beide voertuigen vast en leggen deze voorzien van detailfoto’s vast. Ook meten we de hoogte van de schades op de voertuigen. Dat alles brengen we samen in een rapportage voorzien van onderbouwing, verduidelijkende foto’s en een voorlopige conclusie over de mogelijkheid van fysiek letsel. Hierbij speelt ‘fingerspitzengefühl en ervaring van de expert een belangrijke rol. Maar de betrokken Mobility-experts van CED zijn bovendien aanvullend getraind en opgeleid voor dit soort Low Impact-onderzoeken.’
Snelheid is cruciaal
‘Snelheid van handelen is daarbij wel cruciaal’, benadrukt Hartman. ‘Veel verzekeraars behandelen letselschades vaak los van de materiële schades, waarbij letseldossiers meestal later worden opgepakt. Dan is het vaak te laat om nog de vraag te stellen: ‘Kloppen de klachten in verhouding tot de schades? Daarom adviseren wij betrokkenen: ‘Neem ook de letselschade zo vroeg mogelijk in het proces in behandeling. Let op de signalen, op de indicatoren. Is er weinig schade, dan kun je je afvragen of er in het voorste voertuig wel sprake kan zijn van serieus letsel. En dan kunnen wij beide voertuigen snel in expertise nemen om een Low Impact Schade-onderzoek te doen.’
Alleszins de moeite waard
Intussen hebben Pamboer en Hartman deze gezamenlijke aanpak bij een aantal verzekeraars en volmachten gepresenteerd en de belangstelling is groot. ‘Het vraagt ook bij deze partijen een andere aanpak, meer samenwerking tussen de verschillende schade-afdelingen en sneller handelen,’ besluit Pamboer. ‘Maar de impact op de schadelast van ons Low Impact-onderzoek is niet ‘low’, maar ‘high’; en dus alleszins de moeite waard.’